Dag 3
Na drie dagen en 7 uur laten we ons anker vallen in Kupang. Welkom in Indonesië. We hebben een goede laatste dag. De wind blijft, ook gedurende de nacht en we kunnen lekker mijltjes maken. Tijdens de nacht zijn we helemaal alleen, geen enkel schip rondom ons te zien. En toch zijn er 100 schepen op weg naar Kupang.
Pas bij het ochtend gloren, als we het eiland Timor zien, krijgen we ook een aantal andere schepen te zien. We varen tussen Timor en Roti door. Dan door de zeestraat Selam Roti. We moeten hoog aan de de wind, dus hoogte pakken is ons devies. We kruipen zo dicht mogelijk onder de kust. Maar dan zien we allerlei 'huisjes' op palen, omgeven door netten. Viskwekerijen. Maar goed dat we 's nachts hier niet zijn.
We kiezen maar weer gauw voor het veilige midden van de zeestraat. Daar lopen we tenminste geen kans op een net in onze schroef.
Uiteindelijk laten we even na vieren ons anker vallen voor het stadje Kupang, er zijn ons al een aantal boten voor gegaan. Het is lekker druk en even zoeken naar een geschikte plek. Om ons anker te laten vallen op 35 meter diepte vinden we toch wel iets te gortig. Uiteindelijk vinden we een plekje op ongeveer 8 meter diepte.
Vanaf de kant klinken de klanken van de oproepen tot gebed. Het is ramadan.
We melden ons bij Sail Indonesia, om in te klaren. We hebben de gele vlag gehesen.
Morgen is het vroeg genoeg om naar de kant te gaan. Eerst tijd voor de bubbels om onze goede aankomst te vieren.
En we hebben 1 1/2 uur erbij gekregen, dus we zijn weer een stukje dichter bij Nederland.

 

 

Dag 2
In de loop van de dag neemt de wind af, en wordt de zee weer iets rustiger. Kortom er kan meer zeil uit, de kluiver gaat weer helemaal uit. We varen uren achtereen melkmeisje, halverwege de nacht besluiten we dat de boom uit de kluiver moet. De kluiver kan net als het grootzeil, over stuurboord. En zelfs de fok gaat er bij. We speren door het water. Komende donderdag is het volle maan, het is prachtig weer, een wolkeloze hemel. We hebben 's nachts veel licht van de maan. Zo rond een uur of vier komen er twee heldere planeten aan de hemel, jupiter en venus. Het lijken net twee kleine felle zaklampjes aan de hemel.
We hebben een rustige nacht, wel zien we wat meer zeilboten om ons heen. Ik tel er op een gegeven moment een stuk of 6, allemaal rode toplichtjes. In de verte zien we het licht schijnsel van een boorplatform. Tegen de ochtend lijken we weer alleen op de wereld, geen zeilboot meer te zien.
Toch moeten we hoe dichter we bij Kupang komen, meer zeilboten zien. Er gaan ruim 100 zeilboten naar Kupang, de eerste boten (de snelle catamarans) verwachten aan het eind van vandaag aan te komen. Als wij onze snelheid een beetje kunnen vasthouden, maar ja alles is afhankelijk van de wind, dan komen we net voor donker op dinsdag aan. De fles champagne ligt al koud in de koelkast.
Dag twee is in ieder geval een fijne zeildag. Op naar dag drie.

 

P.S. Nog een kleine aanvulling op de belevenissen van dag 1, we zien met regelmaat dolfijnen om onze boot zwemmen en spelen, maar dit keer heeft Frans een walvis uit het water zien springen, helaas heb ik hem gemist.

 

 

Dag 1
De kop is er af, zaterdag 9 uur ons anker gaat op. Het waait lekker. Sail Indonesia vertrekt met 120 boten om elf uur, maar we hebben geen zin in al die drukte. We besluiten om lekker voor de groep aan te vertrekken. Maar met ons zien we dat toch heel veel andere boten ook doen. We vertrekken gelijk met de Spirit. De Serendipity is gisteren al vertrokken. Met hun beiden en met de Mires, nog een Nederlandse boot, hebben we een radio netje opgezet, en twee maal daags hebben we contact.
We hijsen het grootzeil (gereefd), en de kluiver gaat uit met een boom erin. Ik sta te stunten, te lang geleden dat we  gezeild hebben. Hoe werkt alles ook alweer? Maar na geduldige uitleg van Frans, komt het weer terug.
Rond de middag zakt de wind helemaal weg, jammer. De motor moet zelfs even aan. Om na drie uur weer uit te gaan, de wind is weer terug. Helaas uit het NW, en wij varen west, maar we kunnen zeilen. In de loop van de nacht neem de wind toe, en draait naar het zuidoosten, 20-25 knopen. We gaan snel. Omdat de wind zo toeneemt, draaien we kluiver half in. De zee bouwt op, en we schommelen hevig. Alles rammelt en maakt lawaai aan boord. Het is weer ouderwets.
Maar alles is ook goed, we hebben een goede nacht, proberen een beetje te slapen en gaan zo de tweede dag in. Op naar Kupang, op naar Indonesie