info@fransenlucia.nl
Alle rechten voorbehouden.

(Klik op de foto's om het fotoalbum te openen)

 

Woensdag 1 augustus 2012: Kupang, Indonesië

Ans en Gerjan pikken ons op. We gaan naar de kant. De rest van de papierwinkel moet afgehandeld worden.

We lopen naar een gebouwtje, nemen een nummer en wachten onze beurt af. Als we aan de beurt zijn lopen we de zaal in. Tjongejonge, nog nooit zo veel officials gezien. Ik denk minstens een man of twintig. De eerste tafel is quarantaine, daar wordt een boekwerk aangemaakt voor onze boot met de nodige stempels. Tweede tafel, ook quarantaine. Dezelfde papieren als gisteren worden getekend en gestempeld. Onze bootstempel komt goed van pas. Derde tafel is customs, vierde tafel is immigration, vijfde tafel is port clearance en zesde tafel geeft ons een informatie pakket. We zijn even bezig, maar alles is strak georganiseerd. Ziezo, hopelijk zijn we voorlopig even van de papierwinkel af.

Tijd voor een bakkie koffie en dan gaan we de stad verkennen. We trekken veel bekijks, ik heb mijn haar weer geblondeerd en dat trekt ook veel aandacht. Wie bekijkt nu wie, is de vraag.

We vinden een restaurantje en gaan daar wat eten. Al gauw schuiven er Indonesiers bij ons aan tafel. Glimlachen en een praatje maken. De mensen zijn heel vriendelijk. Natuurlijk is de taal een barriere, maar handen en voeten helpen heel goed. We vermaken ons prima.

Halverwege de middag gaat het lampje uit. We zijn moe, tijd voor een verfrissing en dan terug naar de boot. Voor ons gevoel zijn we daar nauwelijks nog geweest, uitrusten.

 

Donderdag 2 augustus 2012: Kupang, Indonesië

We hebben vandaag afgesproken met Alfredo. Alfredo heeft een weeshuis met 92 kinderen, hij neemt ons daar mee naar toe, en laat ons wat van Timor zien. We hebben al een rugzakje klaar staan met spullen om weg te geven. Maar als we 's ochtends wakker worden, is het erg onrustig op de ankerplaats. Wind en stroom tegen, boten draaien in verschillende richtingen. Sommige boten gaan slepen, het anker houdt niet. De Spirit ligt erg dicht bij ons, op een paar meter afstand. Kortom we vertrouwen het niet. Frans heeft er mee vertrouwen in dan ik. De Spirit gaat anker op. Uiteindeljk besluiten we om aan boord te blijven, Alfredo moet maar een dagje wachten. Morgen maar het toeristische uitstapje.

In de loop van de dag wordt het wat kalmer. Uiteindelijk gaan we halverwege de middag toch naar de kant, samen met Ans en Gerjan. We wandelen door Kupang, een grote stad met 300.000 inwoners. Genieten en kijken onze ogen uit. Natuurlijk worden wij ook volop bekeken.

Weet je Kupang, is de plaats waar captain Bligh aan kwam na de mutiny on the bounty. We zijn dus op beroemd terrein.

's Avonds sluiten we aan bij het 'gala diner'. Er worden allerlei aktiviteiten georganiseerd voor ons. Dansen, zang, en andere optredens. Vandaag komt de burgemeester en biedt ons het diner. We laten het ons lekker smaken. 

 

Vrijdag 3 augustus 2012: Kupang, Indonesië

Wat gisteren niet lukte, lukt vandaag wel. We gaan op pad met Alfredo. Helaas is de groep iets groter dan gisteren, we zijn vandaag met meer dan 30 personen. Alfredo heeft 6 auto's geregeld. Om tien uur is het zo ver, we gaan. Eerste stop is de monkey cave. Een grot waar een heleboel kleine aapjes zijn. Daar stoppen we, aapjes kijken dus. Het is wel leuk, maar niet zo leuk. Zijn we teveel verwend.

We rijden terug naar Kupang. Tjongejonge, wat is het hier druk. Kupang is een grote stad, met 300.000 inwoners. En kent files. Er zijn net zoveel scooters als inwoners. Iedereen roept, schreeuwt en drukt op zijn claxon. Dan kun je een beetje de herrie voorstellen. Het riool loopt langs de straat, het enige riviertje dat er is wordt gebruikt als open riool. En de voetpaden zijn goed voorzien van grote gaten. Goed opletten dus waar je je voeten neerzet. We zijn op weg naar het weeshuis.

De kinderen zitten ons al op te wachten. Dansen, en liedjes zingen is ons ontvangst. Iedereen geeft je een hand, de kinderen zijn erg arm, maar toch is de sfeer vrolijk. Er wordt veel gelachen. Na de dagelijkse school, heeft ook iedereen een taak. Het is goed georganiseerd. Maar wat een armoe. Er zijn twee slaapzalen, één voor de meisjes, en één voor jongens. Er slapen gemiddeld 3 tot 4 kinderen in een bed. En voor de meisjes zijn er geen bedden en matrassen genoeg. Sommige slapen gewoon op de harde vloer. Water is een probleem en nu in de droge tijd moeten ze helemaal zuinig doen met water. Zo wat voelen wij ons bevoorrecht dan onze wieg in Nederland heeft gestaan en niet hier.

De ruimte waar de bijeenkomsten zijn, is overspannen met golfplaten. Zelfgemaakte spanten en palen ondersteunen het dak. Maar sommige spanten buigen gevaarlijk door. De gebouwen zijn heel slecht, deuren kennen ze niet. Er hangt een doek die de ene ruimte afscheidt van de andere.

Iedereen heeft kadootjes meegenomen. Wij hebben een rugzakje vol geladen met kleding en andere dingetjes. En natuurlijk verzamelen we met elkaar een flink geldbedrag in. Alfredo is aangenaam verrast.

Na het weeshuis, gaan we eerst lunchen. Rijst, met groente en pork. Lekker, maar spicy! Dan is een bezoek aan Alfredo's huis aan de beurt, Alfredo heeft een luxe huis voor hier. Maar groot, regelmatig logeren hier dan ook kinderen uit het weeshuis. Dan zien we de rijstvelden, in de irrigate kanalen van de rijstvelden kunnen we zwemmen, de kanalen worden voor alles gebruikt. De was van de kleding van er plaats, maar je kunt jezelf er ook lekker in badderen. Natuurlijk gebeurt dit met de kleren aan.

Aan het eind van de dag komen we terecht op een festival. De groep is ondertussen aardig uitgediend, we zijn nog met 5 man en Alfredo. Kostuums worden getoond van de koning en koninging. Elk district kent zijn eigen koning en klederdracht. Wat een prachtige mooie mensen. Helaas trekken wij de aandacht als we aankomen. Er worden onmiddellijk stoelen aangeschoven voor ons, we moeten op de eerste rij zitten. De mensen willen met ons op de foto. Voor even zijn we hollywood sterren, maar we voelen ons er ongemakkelijk door.

Het is tijd om terug naar de boot te gaan!

 

Zaterdag 4 augustus 2012: Kupang, Indonesië

Gisteren is het erg laat geworden, dus we blijven we nog maar een dagje hier liggen. We maken er een relaxte dag van. Gaan naar de kant, werken de website bij, halen brood (het is even zoeken voor dat we een bakker vinden, de mensen eten hier drie keer per dag rijst en geen brood) en halen onze visite kaartjes op. We hebben een vaste prijsafspraak gemaakt, 50000 Rp voor 100 visite kaartjes. Volgens Alfredo is dit een redelijk bedrag. Als we de kaartjes op donderdag halen is "printer no good", of we morgen dus terug willen komen. Nou dat doen we, maar de prijs is ondertussen verdubbeld. Dat kan natuurlijk niet, Frans zegt dat hij de visitekaartjes dan niet neemt, na wat glimlachen (Indonesiërs lachen heel veel) krijgen we de kaartjes gewoon mee voor de afgesproken prijs.

 

Zondag 5 augustus 2012: Kupang, Indonesië - maandag 6 augustus 2012: Kalabahi, Indonesië, afgelegd 147 mijl (pos 08.13S 124.31.35E)

Half negen het anker gaat op. Het kost even wat moeite, er blijkt een grote steen in het anker te zitten. Maar uiteindelijk krijgen we het anker aan boord. Zeilen gaan op, we zijn op weg naar Alor, ongeveer 135 mijl ten noorden van Timor.  We hebben een vreemde overtocht, we hebben wind van achteren, wind van stuurboord, wind aan bakboord, wind recht op de neus en helemaal geen wind. Wat een tocht. Het is wel relaxt maar het duurt, en het duurt...

Nusa Tenggara bestaat uit heel veel eilandjes en tussen als deze eilandjes staan zeestraten, selat genaamd. Wat we niet wisten maar nu wel, is dat het hier enorm stroomt. Soms wel 9 knopen. De stroom en de richting wordt veroorzaakt door de maanhoogte. De hoogste stand van de maand (upper transit op zijn engels) is het ijkpunt. Het is een beetje ingewikkeld. We zullen het wel leren.

Maar natuurlijk als we aankomen hebben we stroom tegen. We doen een halve mijl in een half uur. Dat schiet niet op. Dan ziet Frans een lokale visser en die lijkt veel sneller te gaan. We gaan in zijn kielzog varen, en wat blijkt we hebben nu ineens stroom mee. Lokale kennis !

Uiteindelijk laten we 's middags om vier uur ons anker vallen. Er liggen er al 20 boten, dus niet zo druk. Maar wat is het hier diep. Ons anker ligt op 20 meter diepte. We hebben gehoord dat ankeren in Indonesië bijna altijd op heel diep water is. De meeste eilanden zijn hier vulkanisch, de vulkanen zijn nog steeds actief, en de grond gaat loodrecht naar beneden. Ook dit zullen we wel leren.

"Hello Mister, hello misses", kleine jongetjes in kano roeien rondom onze boot. We zijn nog aan het ankeren, maar we worden niet met rust gelaten. De hele tijd "hello mister", "hello misses". Als ze horen dat we uit Belanda (Holland komen), worden snel alle namen van de bekende Nederlandse voetballers opgenoemd. Van Persie blijkt favouriet.

 

Dinsdag 7 augustus 2012: Kalabahi, Indonesië

Om negen uur is de ontvangstceremonie. Dus half negen tuffen we naar de kant. Er is speciaal voor de boten een kleine drijvende "steiger" gebouwd waar wij onze dinghies aan vast kunnen maken. Boatboys stekende helpende handen uit en maken de dinghy vast. Je moet wel betalen, 50.000 rupees. Maar goed je hoeft je dan ook geen zorgen te maken om je dinghy.

De ontvangst is weer overweldigend, prachtig uitgedoste mensen wachten ons op, krijgers wachten ons op en er wordt gedanst. Daarna met z'n allen naar de ontvangstzaal waar natuurlijk de nodige speeches door belangrijke mensen worden gehouden, de burgemeester, de vice-burgemeester en weet ik wie nog allemaal. Natuurlijk moeten de nodige foto's worden gemaakt, ze willen allemaal met ons zeilers op de foto.

Na een paar uurtjes is de ceremonie afgelopen, gelukkig wel. Ik vind al die belangstelling een beetje overweldigend. Je kunt nergens heen zonder opgemerkt te worden. Altijd kinderen om je heen die constant roepen "hello mister, hello misses" en altijd mensen die naar je kijken.

We lopen door het stadje, het is kleiner dan Kupang, maar het straalt een gezellige gemoedelijke sfeer uit. We komen terecht op de markt, groente en fruit worden in 'hoopjes' verkocht, je koopt niet een pond tomaten, nee je koopt het hoopje tomaten.

Het is warm, we hebben dorst, het is even zoeken naar een toko maar dat vinden we toch. Cola is een nationaal begrip, en al gauw hebben we een koude cola voor onze neus staan.

Het is zeven uur 's avonds, de tweede deel van de ontvangstceremonie begint. We tuffen weer naar de kant, dit keer voor een diner met de gouverneur. Het gouverneurshuis is een 'hollands' huis, er zijn hier nog twee huizen. Het is ongeveer 300 meter lopen van de haven, maar dat kan niet. Er worden twee bussen georganiseerd om ons naar de gouverneur te brengen. Als we daar aankomen moeten we wacht, lang wachten. Bijna twee uur, wij vinden dat erg onbeleefd maar hier is dat normaal. En dan komt de gouverneur, hij schudt iedereen een hand, maar bij het handje schudden kijkt hij je niet aan, hij draait gewoon zijn hoofd om. Een beetje vreemd, het is ons wel vaker op gevallen.  Gelukkig zijn de toespraken niet zo lang, de show van een aantal zeilers die in de lokale klederdracht zijn gestoken duurt ook niet te lang. Eindelijk mogen we naar het buffet, we hebben ondertussen behoorlijke trek gekregen en laten het eten ons prima smaken. Rijst, saté, soep, groente, kip, vis, mango....er is eten in overvloed en het smaak allemaal heerlijk.

 

Woensdag 8 augustus 2012: Kalabahi, Indonesië

We hebben om 9 uur afgesproken aan de kant met June en Bruce (van de Ainia). Een canadees stel. We gaan zelf op stap. Er worden ook excursies georganiseerd, maar die zijn erg massaal en vijf keer zo duur. We zijn onze eigen toeroperator. We willen naar een traditioneel dorp, Takpala genaamd. Tot 1950 leefden deze mensen, krijgers nog als koppensnellers. De vijand werd met regelmaat een kopje kleiner gemaakt. Nu leven ze in harmonie maar nog wel redelijk "authentiek". Tenminste dat zeggen de boekjes.

Het is even zoeken, maar uiteindelijk vinden we Topan met zijn bemo (dit zijn kleine minibusjes). Topan heeft een eigen bemo, spreekt een paar woorden engels en begrijpt dat we hem willen inhuren voor de hele dag. Hij tuft naar Takpala, onderweg stapt Marilyn in, een vriendin die ietsje meer engels spreekt. Als we vlak bij Takpala zijn, hoog in de bergen, op een steil bergpad stopt de motor ermee. De radio heeft de hele tijd hard aangestaan, er zijn een heleboel luidspeakers in de auto en nu is de accu leeg. Bruce legt snel een grote kei achter de wielen, dan kan de bemo tenminste niet terugrollen en de laatste meters lopen we. Er staat een welkomst comité, er wordt gewacht op hoog bezoek uit Jakarta, even later komt dit hoog bezoek (twee mannen) eraan. Daarna mogen we ook mee naar het dorp. Er wordt gezongen en gedanst. Krijgers voeren krijgsdansen uit met grote messen, pijl en boog en woeste kreten. We kijken onze ogen uit, prachtige woest koppen hebben deze mensen. Het haar staat wild, grote bossen kroeshaar. De mannen hebben prachtige tooien op, veel veren en zo. Sommige lijken wel duivels.

En dan wordt het natuurlijk commercieel, er worden hier in Indonesie veel prachtige kleden geweven, ikat heten die kleden. En natuurlijk kun je die hier kopen en allerlei andere snuisterijen. Maar Frans ziet ineens een woeste krijger met pijl en boog, wijst naar zijn wapenuitrusting en zegt dat hij die wel wil kopen. De krijger kijkt vreemd en begrijpt het niet. Maar als Frans geld laat zien wordt dat snel begrepen. Na enige onderhandelingen, pen komt erbij, lukt het. Wij krijgen onze pijl en boog en de krijger is 70000 rupees rijker (ongeveer 7 dollar).

Topan wacht gelukkig nog steeds, dus hij heeft onze afspraak begrepen, Marylin is op raadselachtige wijze verdwenen. We willen lunchen. Topan belt Marylin op en even later heb ik haar aan de telefoon. Ik leg uit wat we willen en zij vertaalt het voor Topan. En zo komen we bij een heerlijk restaurantje. Natuurlijk is de menukaart ook in het Indonesisch maar onze woordenschat wordt steeds groter. We krijgen niet helemaal wat we verwachten, maar het smaakt prima. Na de lunch vragen we nog te stoppen bij een strandje en dan is het goed. We gaan terug naar de boot. Moe maar voldaan, we hebben een fantastische dag gehad.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Donderdag 9 augustus 2012: Kalabahi, Indonesië

Na alle drukte van de afgelopen dagen en de opgedane indrukken zijn we toe aan een dagje rust. We blijven heerlijk aan boord. Tijd om te ontspannen, boekje te lezen, wat huishoudelijke klusjes en onze dinghy op te knappen. De bodem is erg lek, een uur na het opblazen is die alweer leeg. Ik had al een keer twee gaatjes gevonden, en geplakt maar nog steeds is de bodem lek. Frans kijkt er vandaag eens naar en vindt nog eens drie gaten dus die worden geplakt. Hopelijk is het euvel nu verholpen. Maar dat zal blijken als we de bodem weer op kunnen pompen. Vandaag wordt de dinghy in ieder geval niet meer gebruikt.

 

Vrijdag 10 augustus 2012: Kalabahi - Balaurin, afgelegd 62,9 mijl (pos 08.14.32S 123.42.47E)

Vijf uur, de wekker gaat af. Half zes, we halen ons anker op. We zijn niet de enigen die vroeg vertrekken. Het is net licht geworden en ongeveer 10 zeilboten vertrekken. Er staat geen wind, en het hele stuk (8 mijl) moeten we de vallei uit op de motor. Misschien als we in de zeestraat komen kunnen we zeilen, tenminste dat hopen we. Maar helaas ook dan weinig wind, we hebben wel de zeilen gehesen, maar door de golven klapperen ze vreselijk. We hebben ook nog continue stroom tegen. Dus dat schiet niet op, we houden de hele dag de motor aan. We zijn al gewaarschuwd dat er in Indonesië weinig wind zal zijn om te zeilen, nou dat maken we nu dan mee.

Het is warm weer, de zon brandt genadeloos en de hemel is strakblauw. De ankerplekken zijn hier dun bezaaid, maar net voordat het donker wordt hebben we het eiland Lomblen bereikt, we gaan voor anker bij het stadje Balaurin. Er liggen al een tiental boten, de Ceasaru (Christian en Gina) loodsen ons naar binnen, slalommend door het koraal. Tjongenjonge, wat is het hier diep. Op 22 meter diepte laten we ons anker vallen, niet echt optimaal maar goed er is weinig andere keuze.

De zon gaat vuurrood onder achter de nog actieve vulkaan Ili Api, rookwolken puffen uit de vulkaan. Op de achtergrond klinkt de muziek uit de moskee. Tijd voor gebed. Wij genieten van een koel biertje in de kuip.

 

Zaterdag 11 augustus 2012: Balaurin - Hadakewa, afgelegd 16,9 mijl (pos 08.22.05S 123.33.04E) 

We hebben niet zoveel puf om zover te gaan als gisteren. Afgelopen nacht was er nog ietsje wind, maar de wind is ondertussen weer helemaal weg. We hebben wel een heerlijke rustige nacht gehad, Balaurin is namelijk een christelijke dorp, dus we zijn niet afgrijselijk vroeg gewekt door het gezang van de moskee. Heerlijk, rust en stilte. We worden ook niet lastig gevallen door de lokale dorpsjeugd die langszij peddelt, geen "hello mister", geen "pen, book". Toch gaat om half negen het anker op. Er zijn al een aantal bootjes voor ons vertrokken. We gaan voorzichtig tussen het rif door, omdat we gisteren laat waren konden we het rif niet zien, maar nu de zon schijnt is het rif duidelijk te zien. We komen weer op de voor ons bekende diepte, de dieptemeter geeft geen waarde aan, het is meer dan 150 meter diep. Doel vandaag is één baai verderop, langs een kleine landtong en dan weer naar binnen. Naar Hadakewa. We naderen de kant, nog steeds geen diepte, pas als we heel dichtbij zijn gaat de dieptemeter is aangeven. We durven toch niet dichter naar de kant, dus dan maar weer het anker uit op de 20 meter diepte.

We liggen hier alleen,  geen enkele andere zeilboot. En dat vinden we toch ook wel erg fijn voor verandering. Het hele dorp loopt uit als we eraan komen, er is een steiger gebouwd en die staat vol met mensen. We worden aandachtig gevolgd. Er wordt gezwaaid van afstand, maar verder worden we met rust gelaten.

In de loop van de middag trekken drie kinderen de stoute schoenen aan. Ze klimmen in een houten kano. Twee slagen peddelen richting onze boot, één slag terug peddelend. Ze zijn heel verlegen, er wordt flink wat afgegiecheld. Heel langzaam komen ze dichterbij, het klinkt "hello", "good afternoon". Een complete show wordt opgevoerd, twee jongens en een meisje. Met veel bombarie springen ze uit de kano in het water en klimmen er weer in. Als ik vraag of ze chocola lusten breekt er een brede glimlach door op de gezichtjes. Maar ja dan moeten ze wel iets dichterbij komen. Heel voorzichtig komen ze toch dichterbij. En met een marsje in hun knuistjes gaan ze er gauw weer iets verderop peddelen.

's Avonds gaat de vissersvloot naar buiten. Net als de zon onder is gegaan. Een grote houten boot met een één cylinder motor. Lekker plofgeluiden. Rondom de boot zijn drijvers gebouwd van hout. Het zijn brede bamboestokken. Er is een heel vlot van bamboe rondom de boot gebouwd, een bijzonder bouwsel wat wij nog niet eerder gezien hebben. Vrolijk lachend en zwaaiend varen ze voorbij ons, om de volgende ochtend als de zon opkomt weer terug te komen. Hopelijk is de visvangst goed geweest.

 

Zondag 12 augustus 2012: Hadakewa - Lewobela, afgelegd 31,2 mijl (pos 08,22,07S 123.24.43E)

Wanneer de visboten terugkomen van hun nachtelijke vistocht, gaat bij ons het anker op. We gaan naar Lewobela aan de andere kant van de vulkaan. Lembata kent drie actieve vulkanen, één ervan heet Ili Api en daar moeten we omheen. Hemelsbreed is de afstand maar 8 mijl, maar we moeten ruim 30 mijl afleggen. Er staat zowaar een lekker zeilwind. De zeilen kunnen op. We zeilen zoveel mogelijk, maar de wind is hier echt onvoorspeelbaar. Zeilen we heerlijk halve wind en gaan met ruim 7 knopen door het water, nog geen 5 minuten later draait de wind 90 graden, valt bijna weg en het restje wind staat precies op de neus. Dan maar weer de motor aan. Een uurtje later komt de wind terug, maar nu van achteren. Dus de zeilen weer op, kortom we blijven lekker actief met het zeilen. In het begin van de middag komen we aan in Lewobela. Wat een drukte, bijna de hele vloot van sail indonesia is hier neergestreken. Gelukkig is het een grote ankerplaats en ruimte genoeg.

Als we even later uitgenodigd worden door Johan van de Alida J om bitterballen te komen smullen is het natuurlijk helemaal dolle pret.

 

Maandag 13 augustus 2012: Lewobela

Het eiland Lembate, voorheen Lomblen, waar we nog steeds op zijn, is bekend vanwege zijn walvisvangst. Met zelfgemaakte houten bootjes, zelfgemaakte speren, en een hoop gebeden wordt er op walvissen gejaagd. Ongeveer 15 - 25 walvissen worden gevangen, het schijnt een bloederig tafereel te zijn. De hele walvis wordt genuttigd, en het dorp heeft er voor een hele tijd eten aan. Tussen mei en oktober is het walvisseizoen. Wij speuren goed de omgeving af als we aan het zeilen zijn, maar helaas nog geen walvis gezien. Er is dit jaar nog geen walvis gevangen. Het jagen op walvissen is niet helemal ongevaarlijk, zo zijn in 1993 drie houten boten (tena's noemen ze die hier) door een walvis helemaal naar Timor gesleept. 150 mijl zuidelijker. De gewonde walvis had de drie boten op 'sleeptouw'.  Uiteindelijk vergaan er twee en de bemanning kan zich redden in de derde boot. Ze drijven dagen lang op zee rond om uiteindelijk te worden gered door een cruise boot. Tena's zijn een belangrijk onderdeel van het leven en van hun voorgeschiedenis, de geesten van hun voorouders zitten in de tena's.Er wordt een periode van 2 maanden rouw afgekondigd voor het verlies van de twee tena's. Het walvisdorp het lawabeta, aan de zuidzijde van het eiland, slechts 47 km hier vandaan. Maar het kost je met een auto drie uur om er te komen. Daar hebben we geen zin in, dus we laten het dorp maar voor wat het is. We gaan Lewobela verkennen, en vandaag is de belangrijkste markt van de week. Dus in een busje en hup naar de markt. We kopen groente en fruit, en voor een paar dollar hebben we onze rugzak vol. Even later vinden we eindelijk een warung, hier kunnen we kopi (koffie) drinken. Natuurlijk trekken wij net zoveel bekijks als dat we zelf kijken. We zitten bij Jimmy aan tafel en hij spreekt een paar woordjes engels. Hij heeft een ojek, een scooter. En de deal is zogemaakt, hij regelt vier ojeks, en zo gaan we gezamenlijk terug naar het stadje. Als ik mijn armen stevig om het middel van Jimmy sla, om niet van de scooter af te vallen, is er hilariteit alom. Iedereen begint te lachen, te giechelen en te wijzen. Gekke toeristen! Jimmy vindt het prima.

 

Dinsdag 14 augustus 2012: Lewobela

Vandaag is de officiële welkom van de zeilers in Lewobela. Er is de afgelopen dagen nog driftig gebouwd hier aan de kade, in twee dagen tijd is er een toilet gebouwd, een klein caffeetje is er gebouwd en een groot podium is er gemaakt. En dat allemaal voor de zeilers.

Om twee uur worden we aan de kant verwacht. We worden in een soort kraal geplaatst, alle vele makke schapen laten we ons 'opsluiten'.  De gouverneur komt er aan, en met een uitgebreide toespraak opent hij officieel de poort. De eerste boot wordt officieel gehuldigd, met een drank, noten kauwen, een sigaretje roken en twee grote sarongs. En dan mogen we Lembata in. Er zijn een aantal verschillende groepen die dansen en zingen, in een soort carnaval optocht lopen we naar het stadje en daar gaat het dansen en zingen vrolijk verder. Natuurlijk storten wij er ons vol overgave in.

We krijgen het warm in de felle zon, tijd voor een verfrissing.

's Avonds is het tweede deel van de openingsceremonie. Wederom toespraken en dan is het tijd voor een heerlijk buffet. we laten het ons prima smaken, ondertussen worden we vermaakt met dans en een soort toneelspel. Het weven van de ikat wordt uitgebeeld en de visvangst wordt uitgebeeld in zang en dans. Het is ontroerend hoeveel energie de mensen er insteken om ons te vermaken.  De komende dagen zijn er verschillende excursies georganiseerd. Maar ik vrees voor de organisatie dat het meerendeel van de boten morgen vertrekt. De meesten liggen hier al een week. Wij blijven morgen nog een dagje liggen.

 

world.gif
Welkom op de website van Frans en Lucia
- lees mee met onze avonturen op de Dalwhinnie -
Frans Thiecke en Lucia Messchendorp
|
FOTOALBUM
HUIDIGE POSITIE
GASTENBOEK
OUDE WEBSITE
HOME
WIE ZIJN WIJ?
ONZE BOOT
ROUTE
TECHNIEK
OCEAAN LOGBOEK
CONTACT
FILMALBUM
ACTUEEL LOGBOEK
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
website_dalwhinnie_01012011071003.jpg website_dalwhinnie_01012011071002.jpg website_dalwhinnie_01012011071001.jpg
Lees verder
Logboek 2008
Logboek 2009
Logboek 2010
Logboek 2011
Logboek 2012
Logboek 2013
Logboek 2014
Logboek 2015
LOGBOEK