(Klik op de foto's om het fotoalbum van de maand september te openen)
Maandag 17 september - dinsdag 18 september 2012: Sumbawa
Besar - Lombok, Tembobor, afgelegd 94,2 mijl (pos 08.22.07S 116.07.07E)
In de loop van de middag gaat het anker op, we varen een nacht
door en gaan in één ruk naar Lombok. In het begin hebben we nog geluk, we kunnen zeilen, maar de wind is erg veranderlijk hier.
In 1 minuut tijd kan de wind 180 graden draaien om dan opeens weg te vallen. En dat gebeurt nu ook, de wind draait en valt dan weg,
er zit niets anders op dan de motor te starten. Uiteindelijk moeten we bijna het hele stuk naar Lombok op de motor varen. Jammer,
maar niets aan te doen. Af en toe komt er een zuchtje wind, een briesje. Gauw de zeilen op, maar na een half uur is het alweer gebeurd.
De zeilen kunnen weer weg. En zo blijven we lekker bezig.
Tegen de ochtend komen we bij Medana Bay, een stop van Sail Indonesie. De
verrekijker en eens kijken. Dat is schrikken, de ankerplek is overvol. Er liggen minstens 50 boten. En dat na alle rust in Sumbawa,
waar we meestal alleen op een ankerplek lagen. We horen dat de ankergrond niet geweldig is, boten krabben regelmatig en er staan behoorlijke
rollers in de baai. Nee dat is niet voor ons. De baai er naast, letterlijl aan de andere kant van de heuvel, lijkt ons heel wat beter.
En voorzichtig manoevreren we tussen het koraal door, de baai is rustig, slechts 8 boten, ruimte zat en goede ankergrond. Om tien
uur liggen we rustig achter ons ankertje.
In de loop van de middag gaat de bijboot te water, we tuffen naar de kant. Het is een kwartier
lopen naar Medana Bay, waar het zo overvol is. We ontmoeten Ans en Gerjan weer, ons het genot van een biertje praten we lekker bij
over de afgelopen weken.
Woensdag 19 september 2012: Lombok, Tembobor
Indonesië, het land van de administratie. We hebben een
visum voor 3 maanden 'gekocht' in Darwin. Dus dan denk je die is geldig voor drie maanden. Nou mooi niet, je moet na twee maanden
je visum hier voor een maand verlengen en natuurlijk moet daarvoor opnieuw betaald worden. We proberen het niet eens te begrijpen.
Het verlengen van je visum kan hier in Lombok, maar je bent gauw een week zoet, je kunt ook je visum verlengen op Bali, maar er gauw
allerlei horror verhalen over Bali, een moeilijke zeestraat met hoge golven moet je oversteken en de aanloop naar Bali marina schijnt
erg moeilijk te zijn. Iemand roept dat er komend weekend 30 knopen wind zal waaien, windkracht 7.
Jullie horen het, de boten van Sail
Indonesie wordt een grote roddelfamilie. Iedereen weet alles van en over elkaar, en heeft overal een mening over. Voor ons een reden
om een beetje afstand te houden.
Wat gaan we doen? We krijgen een beetje een haast gevoel, we hebben nog zes weken in Indonesie maar
moeten tot Singapore nog 1000 mijl af leggen. Hier ons visum verlengen of toch maar in Bali? We schuiven de horrorverhalen maar op
de achtergrond, we gaan toch naar Bali en daar laten we ons visum verlengen.
We besluiten om donderdag dan maar te vertrekken, we zien
dan alleen weinig van Lombok, jammer, maar we moeten keuzes maken.
Vandaag gaan we naar medana, we bekijken het dorpje, bezoeken de
markt. En die is werkelijk heel goor, overal rotzooi en het stinkt. Soms is het net een open riool. Zo smerig hebben we het nog niet
eerder gezien. Maar we vermaken ons prima, en ik probeer hierde es campur uit. Het smaakt prima, en nu nog kijken of mijn maag er
tegen kan.
We hebben het druk vandaag. Om vijf uur hebben we een feestelijke borrel, Carla van de Esperanza is jarig, en die geeft
een gezellige borrel. Daarna is er Blues night, met een buffet. De band die komt, is werkelijk fantastisch, en we swingen tot laat
in de avond.
Donderdag 20 september 2012: Lombok, Tembobor - Teluk Narat, Lombok, afgelegd 9,1 mijl (pos 08.24.25S 116.04.42E)
De
esperanza heeft in straat Lombok een behoorlijke zee gehad. Er kwam een flinke bak water in de boot, helaas precies op de laptop.
En die heeft het dus begeven. Gelukkig konden ze hier een nieuwe kopen, en nu zit ik samen met Han achter hun laptop, de software
opnieuw te installen. We zijn de hele ochtend zoet, maar dan werkt de software. Han zal zelf de koppeling met de gps installeren,
en dan kunnen ze hopelijk de navigatiesoftware weer gebruiken.
Direct na de middag gaat bij ons het anker op, we gaan naar Teluk Narat,
een kleine 10 mijl verderop.Vandaar kunnen we namelijk goed vertrekken in het donker naar Bali. Voorzichtig gaan we tussen de koraalbanken
door, we passeren Gili Air, daar schijnt de onderwater wereld prachtig te zijn. Gevolg veel toerisme, resort, veerbootjes, cruises,
charters....
In Teluk Narat is het druk met lokale boten, de charters en cruisers naar Gili Air. En het blijft diep, 25 meter. We kunnen
niet verder naar de kant want die plekken zijn bezet door de lokale boten. Nou niets aan te doen, dan maar ankeren op 25 meter diepte.
Meer dan 80 meter ketting gaat uit. Gelukkig hebben we ons elektrisch ankerlier, want zoveel ketting met de hand op halen is een hele
klus.
We hebben de route goed in ons hoofd geprent, er liggen viskwekerijen en daar willen we de komende nacht niet in terecht komen.
Het wordt donker, en opeens allemaal spinnen op het water. Spinnen, zo noemen we de lokale vissersboten. Het is een smalle kano, met
een kleine motor, een felle gaslamp en ze hebben twee drijvers, zowel aan bak- als aan stuurboord is een bamboestok in het verlengde
van de kano gemonteerd en die dient als een soort drijver. Overal zien we de gaslampen om ons heen. Sommigen heel dicht bij, op nog
geen 10 meter afstand. Hup daar gaat een visnet overboord, vlak bij ons. De vissers peddelt tientallen meters om het net uit te leggen.
Af en toe worden netten opgehaald en de vissen worden eruit geplukt. Dat wordt nog wat als we om twee uur vannacht vertrekken, in
het pikkedonker, want er is geen maan.
Vrijdag 21 september 2012: Teluk Narat, Lombok - Serangan, Bali, afgelegd 55,5 mijl
(pos 08.43.07S 115.14.49E)
Twee uur, de wekker gaat af. Een kwartier later varen we weg. Goed kijken naar de gaslampen en lokale vissers.
Frans stuurt en ik sta voor op de punt van de lady, en zo varen we de baai uit. Het gaat prima, geen net in onze schroef.
Zodra we
ruimte hebben gaan de zeilen op. We hebben uitgerekend dat we stroom mee hebben, en dat klopt. Het is best een rustige nacht, met
voldoende wind om te zeilen, en de stroom helpt flink mee. Soms hebben we een snelheid van meer dan 10 knopen! Het gaat supersnel.
Om
negen uur komen we aan bij de ingang van de baai. Allemaal brekers, lage wal, de indische oceaan stroomt vol naar binnen. De diepte
loopt af van niet meer te meten, tot een paar meters. Logisch dat hier zoveel brekers staan.
Het is goed opletten, maar dan zien we
de ingang naar de baai en wordt het water rustig. Mandy komt in zijn bootje naar ons toe, Mandy blijkt hier veel moorings te hebben,
en dat lijkt ons wel wat. De baai is namelijk erg vol, en er is weinig ruimte om te ankeren. Voor 10 dollar per dag liggen we aan
een moorig. Prima, we kunnnen de boot veilig achterlaten en zo een paar dagen Bali bezoeken.
Zaterdag 22 september 2012: Serangan,
Bali
Vandaag gaan met de taxi naar Bali Marina. We gaan naar Sam, van Sail Indonesia. En Sam is daar. We
geven onze paspoorten, pasfoto's en geld, en Sam regelt de verlenging van het visum. Hopelijk hebben we
aan
het eind van de week onze paspoorten weer terug.
We organiseren een drie daagse trip naar Ubud, dinsdag vertrekken we, we gaan samen met Mr. John en
Sea Mist. We hebben er zin in.
En dan pakken we de taxi, op naar Denpasar. Wat een grote stad, wat een drukte. Bali is heel anders,
dan wat we tot nu toe gezien hebben. Bali is een echt hindoe eiland. Overal zien we tempels, elk huis
heeft zijn eigen huistempel, langs de straat zijn tempels. Er wordt geofferd, bloemen, eten, wierook, alles
gaat in offermaandjes. Deze liggen op straat voor de ingang van een winkel of huis, maar de offermandjes
liggen ook in de tempels.
Dit levert een geheel nieuwe markt op, naast groente-, fruit, kruiden, vlees,....worden ook bloemen en complete
ingerichte offermandjes verkocht.
We laten ons afzetten op het Puputanplein, eerst een hapje eten. Bakso, kippensoep met ballen. Daarna
bezoeken we de St. Jozefkerk, de engelen dragen sarongs. De kerk lijkt meer op een tempel, heel bijzonder.
Dan bezoeken we de Pura
Jagatnatha, de tempel van de wereldheerser. Ze zijn druk bezig met renoveren. De tempel is 60 jaar oud. Het is een rijkstempel, en
gewijd aan de machtige god Sanghyang Widhi Wasa. We gaan naar binnen, ho, ho, niet zo snel. Eerst moeten we een sarong om en een tempelsjaal
en dan mogen we naar binnen. Ongevraagd krijgen we een gids mee. Hij vertelt van alles maar is voor ons niet te volgen. Het hindoeisme
met al zijn goden vinden we ook zeer moeilijk te begrijpen. Natuurlijk troont de gids ons mee naar zijn vriend. We krijgen uitleg
over de maandkalender en of de goden ons gunstige gezind zijn, wat de goede dagen in de week zijn en welke niet. Helaas, ook dit verhaal
is niet bij ons blijven hangen. En dan komt de aap uit de mooi, we kunnen de maandkalender (een batik kleed) en andere batik schilderijen
kopen. Nou nee dank je wel. De gids murmelt door, dan is-ie klaar, en natuurlijk wil-ie ook geld. We betalen voor de 'huur' van de
sarongs. Ik heb het even gehad met iedereen die geld van ons wil. We geven de gids 10000 rp, dat is niks waard zegt hij. 10 dollar
wil hij hebben. Ik kijk hem streng aan, dit kan-ie krijgen of anders niets. Hij neemt het geld aan, maar de 'vriendschap' is over.
We
gaan de tempel uit, gelukkig even op onszelf. De mensen zijn wel heel erg vriendelijk hoor en iedereen bedoelt het goed, maar soms
vind ik het even te veel. We gaan naar de markt, op zoek naar brood. Even vragen bij een vriendelijke dame, of we brood kunnen kopen
op de markt. "Ja hoor, volg mij maar". En waar komen we terecht, bij de koekjes afdeling. Ik blijf vriendelijk glimlachen, maar nee
ik wil toch geen koekjes, maar brood. Pffff.
We houden een taxi aan, en laten ons terugbrengen naar Serangan, naar onze lady. Morgen
is er weer een dag.
Zondag 23 september 2012: Serangan, Bali
Vandaag is ons eerste trip, we gaan naar Pura Luhur Ulu Watu, een
tempel. Het is een kleine tempel maar het schijnt een belangrijke te zijn in het hindoeïsme. We hebben via Mandy, zeg maar de havenmeester,
een auto met chauffeur geregeld. Een vriendje van Mandy. Zo probeert iedereen elkaar een beetje 'business' toe te spelen. Samen met
Ans en Gerjan stappen we om twee uur in de auto. Op naar de tempel. Het is een eindje rijden, maar het blijft druk en overal scooters.
We rijden over het schiereiland aan de zuidzijde van Bali. Het landschap is redelijk dor en droog. We horen echter dat het natte
seizoen is begonnen in Sumatra, overstromingen op Sumatra. Hier bij ons op Bali vallen ook al de eerste regendruppels. Hopelijk blijft
de wind nog een tijdje in het zuidoosten zitten. Afwachten maar.
Als we bij de tempel aankomen is het erg druk. Veel, heel veel
toeristen. Busladingen vol. Een grote parkeerplaats vol met bussen, taxi's, scooters, alles wat maar mensen kan vervoeren.
De tempel
behoort tot de rijkstempels en vormt samen met een aantal andere tempels aan zee, een soort beschermingsschild. Om Bali te beschermen
tegen kwade krachten in zee. Voor ons lijkt de tempel dan ook meer op lange muur op de kliffen langs de zee. Met daar tussen een aantal
altaren en tempels. Bij de eigenlijke tempel mogen we niet komen, dat is voor hindoe's. En hindoe ben je of ben je niet. Je wordt
als hindoe geboren, maar je kunt je tijdens je leven niet bekeren tot het hindoeïsme. We proberen via de boeken een beetje het hindoeïsme
te doorgronden, maar dat valt nog niet mee. Heel veel goden, belangrijke en mindere belangrijkere en vooral veel offeren. Overal waar
je kijkt zie je mandjes met offergaves aan de goden. In de altaren, midden op straat, maar ook op het dashbord van onze taxi staat
zo'n bakje met offergaven. In het mandjes liggen verse bloemen, soms een muntje, een koekje, wierook, en alles wat je maar wilt. Heb
je eenmaal geofferd aan de goden, dan ben je die dag beschermd en kan je niets meer gebeuren.
Tegen zonsondergang vindt in deze tempel
de kecakdans (of apendans) plaats. Er is een openlucht theater en deze zit stampvol met toeschouwers. Er
worden meer kaartjes verkocht dan er mensen in het theater kunnen, maar dat mag de pret niet drukken. Bij de kecak dans gaat het om
ritme, er is een grote groep mannen die rondom een grote fakkel zitten, en zij maken het begeleidende ritme door een ritmisch
geroep van ke-tsjak-ke-tsjak. Moet je een paar keer snel achter elkaar proberen uit te spreken, nou je breekt je tong. Maar deze mannen
houden het uren vol. Tijdens de voorstelling worden er scenes uit Ramayana (zeg maar de hindoe versie van Romeo en Juliet) uitgebeeld.
Het is prachtig, prachtige kostuums en veel sfeer. We kijken bewonderend toe. Helaas komt ook hier een einde aan, en moeten we weer
terug naar de boot.
Maandag 24 september 2012: Serangan, Bali
Vandaag is er een 'feestje' in Bail Marina, georganiseerd door Sail
Indonesia. Dus daar gaan we een kijkje nemen, dansen, eten, en we krijgen de laatste informatie over de rest van de route door Indonesia.
We hebben al bijna twee derde van de tijd opgesnoept dat we in Indonesië mogen zijn, maar we zijn qua mijlen ongeveer op de helft.
Het is nog 1000 mijl tot aan Singapore. We hebben een beetje haast voor ons gevoel. Het blijkt hetzelfde bij onze collega zeilers.
Dinsdag
25 september 2012: Serangan, Bali
Een tweede trip staat op het programma. We gaan een paar dagen naar Ubud. Ubud is het
kunstenaarshart van Bali. We gaan samen met Sea Mist (de canadezen John en Cheryl), Mr. John (de
engelsen John en Paula) en Sara II (de engelsen John en Chris). Om half negen is het dan zo ver, de
schoolreis kan beginnen. Eerste stop is na een half uurtje rijden in Batubulan, daar zien we de
barongdans. Een traditionele dans waarin het evenwicht tussen goed en kwaad wordt uitgebeeld. Er is
een begeleidend gamelan orkestje, en het is een soort toneelstuk dat wordt opgevoerd. Gelukkig
hebben we een begeleidend briefje gekregen waarin het verhaal staat beschreven, want anders is het
moeilijk te volgen. De kostuums zijn werkelijk fantastisch om te zien.
En dan begint het grote toeristenspektakel. De weg tussen Denpasar en Ubud, ongeveer 30 km, ligt vol
met dorpjes met verschillende ambachten. Het ene dorp blinkt uit in houtsnijwerken, het andere dorp is
het beste in schilderen, weer een andere is begaafd in zilversmeedkunst. Je raadt het al, overal stoppen we, krijgen een korte uitleg
of de werkwijze maar we moeten vooral naar de shops en daar de 'kunst' kopen. Het is een beetje gemaakt, en we hebben er al gauw genoeg van.Onderweg stoppen we bij Pura Desa Puseh, een prachtige tempel. Helaas ontbreekt de toelichting en uitleg.
We rijden naar
Kintamani, en daar hebben we een prachtig uitzicht op het Batur meer en de vulkaan Gunung Agung. De straatventers in Kintamani zijn
ontzettend agressief, tot in de auto worden we achterna gezeten met ansichtkaarten, sarongs, schaakborden en andere goedbedoelde spullen.
Het is een opluchting als we weer vertrekken.
Het is al laat als we aankomen in Ubud, we vinden een leuk hotel. Op straat krijgen we
een folder, massage! En dat lijkt ons wel wat, na een lange en vermoeiende dag laten we ons heerlijk masseren door Susix en Synthia.
Woensdag
26 september 2012: Serangan, Bali
Mr. John en Sara II gaan vandaag weer op tempelbezoek, maar we vinden na alle tempels van gisteren,
dat we eigenlijk wel voldoende tempels hebben gezien. We willen naar een hindoe crematie. Eens vragen aan de hotelbalie of er een
crematie in de buurt. En warempel, we hebben 'geluk'. Sea Mist gaat met ons mee. We huren een auto met chauffeur, hier in deze
drukte met allemaal razende scooters om je heen, een bijna geen plaatsnaam borden langs de weg, wil je echt niet zelf rijden. We
laten ons vervoeren, de crematie is in Batubulan.
Het is er druk, verkeersagenten regelen het verkeer, overal scooters, kleine minibusjes
en veel open mensen. Hoe meer mensen de crematie stoet volgens, hoe fijner de familie van de overledene het vindt. We krijgen een
sarong om en mogen meelopen. Het is een oude dame die al twee maanden geleden is overleden. De familie moet eerst geld sparen voor
de crematie en tot de crematie plaats vindt wordt de overledene begraven. De crematie is erg belangrijk voor een hindoe, volgens het
hindoeisme wordt de ziel bevrijdt van het aardse lichaam, en gaat over in een betere incarnatie.
Er vindt een grote optocht plaats.
Twee gamelan orkesten lopen mee, heel veel mensen, scooters volgen in de optocht. Voorop wordt een stier op een bamboeplateau gedragen.
Af en toe wordt er flink geschud met de stier, dit om de geesten in verwarring te brengen, zodat de ziel straks vrij kan wegvliegen.
De kist wordt in een crematietoren geplaatst. Bovenin, de crematietoren lijkt een beetje op een kleurrijke tempel. De toren is prachtig
versierd, de toren staat ook op een bamboeplateau en wordt gedragen door meerdere mannen. Ook met de toren wordt flink geschud, ook
nu weer om de geesten in verwarring te brengen. Op een kruispunt worden meerdere rondjes gedraaid. Er loopt iemand mee met een enorme
lang bamboestok in de hand die af en toe de elektriciteitsdraden omhoog duwt zodat de crematietoren er onder door kan.
Na een half
uurtje komen we aan op de plaats van crematie. De stier wordt op het crematieplateau geplaatst. De kist wordt van de toren gehaald,
vervolgens worden er een aantal rondjes rondom de stier gelopen. Daarna gaat de overledene uit de kist en wordt in de stier geplaatst.
Een priester doet allerlei rituelen en allerlei offergaves worden bij overledene in de stier geplaatst. Dit duurt tamelijk lang. Het
is onduidelijk voor ons wat er precies gebeurt en door de mensenmassa is voor ons ook niet echt duidelijk wie de naaste familie is.
Er hangt een vrolijke sfeer en er wordt veel gelachen.
En dan is het zover, de stier wordt in brand gestoken. Wij hadden een enorme
houtstapel verwacht, maar niets is minder waar. Met een grote butafles en een lange slang met een soort vlammenwerper wordt het vuur
opgestookt en hoog gehouden. Het duurt niet lang of de stier is verbrand en je ziet het lichaam naar beneden vallen. Er zijn twee
mannen die het vuur beheersen, en, een beetje als een soort BBQ, regelmatig met bamboestokken de boel opporren. Confronterend om te
zien, want het lichaam is duidelijk te zien, hoofd, haar, handen, armen,...heel anders dan wij in het westen gewend zijn. Hier vormt
overlijden en cremeren een onderdeel van het dagelijks leven. Ondertussen gaat de business gewoon door, de straatverkopers blijven
venten, sarongs, beelden,.... alles is te koop en wordt aangeboden.
Donderdag 27 september 2012: Serangan, Bali
Voordat we teruggaan
naar Serangan, hebben we vandaag de tijd om Ubud te verkennen. Ik had het idee dat Ubud in een landelijke omgeving lag, niets is minder
waar, het zijn 9 dorpen met meer dan 60.000 inwoners. Druk dus, en hier en daar zie je rijstvelden. Het is erg toeristisch, veel hotels,
restaurants, je kunt er alle westerse gerechten krijgen, en de winkels kennen allemaal fraaie etalages. En tussen alle winkels, cafeetjes,
hotels en restaurants wonen de balinezen. Hun huizen zijn voor ons complete tempel complexen. Het is meestal ommuurd, met een paar
woonvertrekken en daar tussen tempels en altaren, met afbeelden van meestal ganesh (de olifantengod) of van een andere god. En
natuurlijk de vele offermandjes. Er is een familietempel en dan nog een hoop andere tempels, we zijn er nog niet uit waar de
tempels voor dienen, en waar om een woonerf er meerdere heeft. Toch heeft het wel iets, het straalt een opgewekte en vrolijke sfeer
uit.
We maken een mooie wandeling door de rijstvelden, besluiten met een pizza bij de pizzeria en dan is het weer tijd om terug te
gaan naar Senangan. Helaas aan onze mooie mini-vakantie is een eind gekomen.
Vrijdag 28 september 2012: Serangan, Bali
Zondag
willen we vertrekken naar Jakarata, ongeveer 700 mijl verderop. Dus vandaag doen we de voorbereidingen. Er is hier een grote supermarkt,
de carrefour. En daar gaan we naar toe, we kunnen hier verse (betrouwbare) vlees, kaas en alle luxe westerse artikelen kopen. De
voorraad wordt weer aangevuld aan boord, het moet toereikend zijn tot aan Singapore. Daar zijn we over een maand, dus dat moet lukken.
We
ontmoeten Sam in Serangan, en krijgen ons paspoort met het, met een maand verlengde, visum weer terug. Sam woont in Bandung,
op Java. En wij zijn van plan vanuit Jakarta met de trein Java te verkennen, Sam nodigt ons uit om hem in Bandung om te komen zoeken.
Als het wil lukken, gaan we dat zeker doen.
Morgen houden we een dag rust en dan is het vier of vijf dagen zeilen.
Zaterdag 29
september 2012: Serangan, Bali
Hier in Indonesië varen grote charter boten, ze heten pinisi. En wat blijkt de eigenaar van één van
de charterboten is Leo van Oosterbrugge, een oude bekende van Frans. We komen in contact met Leo en Leo nodigt ons uit om een kijkje
te komen nemen aan boord van de Mutiara Laut, in het nederlands betekent dat parel van de zee. Nou die gelegenheid laten
we niet aan ons voorbij gaan. Wat een grote boot, je kunt de boot huren voor een schamele bedrag van 12.000 dollar per dag! Iets boven
ons budget. Maar de boot is één en al luxe, een twee master, zes luxe twee persoonhutten, natuurlijk allen voorzien van een riante
badkamer, airco, televisie, communcatie,... etc. Leo vertelt honderd uit, wat-ie niet allemaal meegemaakt heeft om de boot te bouwen,
schitterende verhalen. De romp is gebouwd op Borneo, de werf is speciaal gemaakt voor de boot, er werd gewoon zoveel vierkante meter
woud gekapt en toen was er de werf. Vervolgens is de boot gesleept naar Bali en daar afgebouwd. Totale duur ongeveer twee jaar. De
boot is nu bijna twee jaar in de charter. De grootste problemen waren het materiaal. In Indonesië is eigenlijk niets te krijgen, dus
alles moet van ver komen en geimporteerd worden. En natuurlijk raakt het "zoek", regelmatig moet er smeergeld aan te pas komen en
dan zijn de spullen zomaar weer gevonden. Leo gaat er bijna aan onderdoor met een hersenattack, nou ik weet niet of een dergelijk
project zoiets waard is, maar de Mutiara Laut is een prachtige boot. Wil je meer zien kijk dan eens op www.mutiaralaut.com
's Avonds
hebben we een gezellig etentje aan boord, we nodigen Ans en Gerjan uit om te komen eten, stamppot zuurkool staat er op het menu. Heerlijk.
Een feestelijke avond van Bali, met een hartelijke zoen nemen we voorlopig weer afscheid van de Spirit.
Zondag 30 september 2012:
Serangan, Bali
Half acht, we maken ons los van de mooring. We varen nog een rondje om de Spirit, zwaaien ten afscheid, en dan zijn
we op weg naar Java, naar Jakarta, bijna 700 mijl voor de boeg. Wil je weten hoe de trip was, kijk dan op ons oceaanlogboek.